Het onbewogen koningschap en de revolte

door Prachtige Pjotr

[…]

Als startpunt gebruiken we het Hindoedenkbeeld van de cakravartin, of “universele koning”. De cakravartin geldt als een archetype van de koninklijke functie, waar verscheidene koningen, die aan het traditionele principe voldoen, min of meer complete beelden of zelfs bijzondere uitdrukkingen van vertegenwoordigen. Cakravartin betekent letterlijk “heer” of “spinner van het wiel”. Dit denkbeeld brengt ons terug naar het idee van een centrum dat ook aan een innerlijke staat, een manier van Zijn of, beter, dé weg van het Zijn, beantwoordt.

In feite symboliseert het wiel ook de samsara of de stroom van het worden (de Hellenen noemden dit het “wiel van de generatie” of “het wiel van het Lot”). Zijn bewegingsloos centrum duidt op de inherente spirituele stabiliteit van zij die niet door deze stroom worden beroerd en die de aan de inferieure aard verbonden energieën en activiteiten kunnen organiseren en onderwerpen aan een hoger principe. Dan verschijnt de cakravartin als de dharmaraja, de “Heer van de Wet” of “de Heer van het Wiel van de Wet”. Volgens Confucius: “Het overheidsbedrijf via deugd kan vergeleken worden met de poolster, aan wie de menigte sterren hulde brengen terwijl deze op zijn plaats blijft”. Daar komt ook de betekenis van het concept “revolutie” vandaan, de beweging rond een “onbewogen beweger”, hoewel het vandaag in de moderne wereld synoniem is geworden met subversie.

In deze zin neemt het koningschap de rol van een “pool” aan, door te verwijzen naar een algemene traditionele symboliek. We herinneren ons hier dat […] Plato verwijst naar de plaats waar Zeus beraadslaagt met de goden om een beslissing over het lot van Atlantis te treffen: “Hij riep dus alle goden op naar zijn meest glorieuze verblijfplaats, dat in het midden van het universum staat en uitkijkt over het gehele veranderlijke rijk”. Het bovenvermelde denkbeeld van de cakravartin is ook verbonden met een cyclus van raadselachtige tradities over het werkelijke bestaan van een “wereldcentrum”, […]. Sommige essentiële koningschapssymbolen hadden oorspronkelijk een nauwe verbondenheid met deze ideeën. Een van deze symbolen was de scepter, waarvan de voorname functie analoog verbonden was met de “wereldas”. Een ander symbool is de troon, een “verheven” plaats; stilzitten op de troon evoceert namelijk, in aanvulling op de aan de “pool” en “onbewogen beweger” verbonden betekenis van stabiliteit, overeenstemmende innerlijke en metafysische betekenissen.

[…]

~

Julius Evola in Rivolta contro il mondo moderno (III, Polaire symboliek; de Heer van Vrede en Rechtvaardigheid)